Frida Kahlo
Dit schilderij, De Bus, laat duidelijk de invloed van Diego Rivera zien op de politieke opvattingen van Frida Kahlo. In dit schilderij zitten een paar mensen naast elkaar op een houten bank van een gammele bus. Het zijn vertegenwoordigers van verschillende klassen van de Mexicaanse samenleving. Van links naar rechts zitten een huisvrouw met haar boodschappenmandje, een arbeidersjongen in zijn werkoverall, een Indiaanse moeder op blote voeten die haar baby voedt, een jongetje dat om zich heen kijkt, een zakenman met zijn geldbuidel en een jong meisje dat Frida zelf zou kunnen zijn. In dit schilderij toonde Frida haar sympathie voor de bezitlozen. Zij schilderde de Indiaanse moeder als een Madonna-achtige en de blauwogige gringo is een voorstelling voor de kapitalisten.
Dit schilderij is ook een weergave van het busongeluk dat in 1925 gebeurde en haar leven voorgoed veranderde. “Ik heb in mijn leven twee ernstige ongelukken gehad,” zei Frida Kahlo ooit. “Eén waarbij een tram me omver reed. . . . . Het andere ongeluk is Diego.” Diego en Frida’s verbintenis was zowel vleselijk als kameraadschappelijk. De sterkste band tussen de twee is hun bewondering voor elkaars kunst. Diego is voor haar de grootste kunstenaar en zij noemt hem de “architect van het leven.” Voor Diego was Frida “een diamant te midden van vele minderwaardige juwelen” en “de beste schilderes van haar tijdperk”.
Diego’s aanmoediging en kritiek op haar kunst waren essentieel voor Frida Kahlo, en een deel van haar drang om te schilderen kwam voort uit haar verlangen om hem te behagen. Zij was, zei hij, een betere kunstenaar dan hij, en hij vertelde graag over de reactie van Pablo Picasso op Frida’s werk. “Kijk naar die ogen,” zou Picasso aan Rivera hebben geschreven, “noch jij noch ik zijn in staat tot iets dergelijks.”