Hercules’ Twaalfde Arbeid: Cerberus
Cerberus
De gevaarlijkste arbeid van allemaal was de twaalfde en laatste. Eurystheus beval Hercules naar de onderwereld te gaan en het beest Cerberus (of Kerberos) te ontvoeren. Eurystheus moet er zeker van zijn geweest dat Hercules nooit in deze onmogelijke taak zou slagen!
De oude Grieken geloofden dat na iemands dood zijn of haar geest naar de onderwereld ging en voor eeuwig in de diepten van de aarde verbleef. De onderwereld was het koninkrijk van Hades, ook wel Pluto genoemd, en zijn vrouw Persephone. Afhankelijk van hoe iemand zijn of haar leven leidde, zou hij of zij al dan niet een eeuwigdurende straf in Hades ondergaan. Alle zielen, goed of slecht, waren voorbestemd voor het koninkrijk van de Hades.
Toledo 1969.371
Middenpaneel:Hercules en Cerberus, bovenste helft
Foto door Maria Daniels, met dank aan het Toledo Museum of Art
Cerberus was een venijnig beest dat de ingang van Hades bewaakte en de levenden ervan weerhield de wereld van de doden binnen te gaan. Volgens Apollodorus was Cerberus een vreemde mengeling van wezens: hij had drie koppen van wilde honden, een draak of slang als staart, en koppen van slangen over zijn hele rug. Hesiod zegt echter dat Cerberus vijftig koppen had en rauw vlees verslond.
Hesiod, Theogonie 310
De ouders van Cerberus waren het monster Echinda (half-vrouw, half-slang) en Typhon (een vuurspuwende reus die bedekt was met draken en slangen). Zelfs de goden van Olympus waren bang voor Typhon.
Onder de kinderen die aan dit vreselijke paar werden toegeschreven waren Orthus (of Othros), de Hydra van Lerna, en de Chimaera. Orthus was een tweekoppige jachthond die het vee van Geryon bewaakte. Samen met de Chimaera verwekte Orthus de Leeuw van Nemea en de Sfinx. De Chimaera was een driekoppig vuurspuwend monster, deels leeuw, deels slang en deels geit. Hercules leek veel ervaring te hebben met deze familie: hij doodde Orthus, toen deze het vee van Geryon stal, en wurgde de Leeuw van Nemea. Vergeleken met deze ongelukkige familieleden, had Cerberus eigenlijk best geluk.
Louvre F 204
Zijde A: Kerberos
Foto van Maria Daniels, met dank aan het Musée du Louvre
Voordat Hercules de reis naar de Onderwereld ging maken, besloot hij dat hij wat extra voorzorgsmaatregelen moest nemen. Dit was immers een reis waarvan geen sterveling ooit was teruggekeerd. Hercules wist dat hij, eenmaal in het koninkrijk van Hades, misschien niet meer zou mogen vertrekken om zich weer bij de levenden te voegen. De held ging naar Eleusis en ontmoette Eumolpus, een priester die begon met wat bekend stond als de Eleusinische mysteriën. De mysteriën waren heilige godsdienstige riten waarbij de mythe van Demeter en haar dochter Persephone werd gevierd. De ouden geloofden dat wie de geheimen van de mysteriën leerde kennen, geluk zou kennen in de onderwereld. Nadat de held aan een aantal voorwaarden voor lidmaatschap had voldaan, wijdde Eumolpus Hercules in in de mysteriën.
Hercules ging naar een plaats genaamd Taenarum in Laconia. Via een diepe, rotsachtige grot daalde Hercules af naar de onderwereld. Hij kwam monsters, helden en geesten tegen op zijn weg door Hades. Hij deed zelfs mee aan een worstelwedstrijd! Toen vond hij eindelijk Pluto en vroeg de god naar Cerberus. De heer van de onderwereld antwoordde dat Hercules Cerberus inderdaad met zich mee kon nemen, maar alleen als hij het beest met niets meer dan zijn eigen brute kracht overmeesterde.
Een wapenloze Hercules ging op weg om Cerberus te vinden. Bij de poorten van Acheron, een van de vijf rivieren van de onderwereld, kwam Hercules Cerberus tegen. De held liet zich niet afschrikken en sloeg zijn sterke armen om het beest heen, misschien wel bij alle drie de koppen tegelijk, en worstelde Cerberus tot onderdanigheid. De draak in de staart van de woeste vleesetende waakhond beet Hercules, maar dat hield hem niet tegen. Cerberus moest zich onderwerpen aan de kracht van de held, en Hercules bracht Cerberus naar Eurystheus. In tegenstelling tot andere monsters die het pad van de legendarische held kruisten, werd Cerberus veilig naar Hades teruggebracht, waar hij de poort naar de onderwereld ging bewaken. Vermoedelijk heeft Hercules Cerberus geen blijvende schade toegebracht, behalve natuurlijk de wond aan zijn trots!
Louvre E 701
Hoofdpaneel: Hercules and Kerberos
Photograph by Maria Daniels, courtesy of the Musée du Louvre
(lmc)
To read more about these topics, see Further Resources.
- Labor 1: The Nemean Lion
- Labor 2: The Lernean Hydra
- Labor 3: The Hind of Ceryneia
- Labor 4: The Erymanthean Boar
- Labor 5: The Augean Stables
- Labor 6: The Stymphalian Birds
- Labor 7: The Cretan Bull
- Labor 8: The Horses of Diomedes
- Labor 9: The Belt of Hippolyte
- Labor 10: Geryon’s Cattle
- Labor 11: The Apples of the Hesperides
- Labor 12: Cerberus