Human Anatomy and Physiology Lab (BSB 141)

Informatie

Figuur 8-4 geeft een overzicht van de spieren van het hoofd en de nek die je moet kennen.

Een enkele platysmaspier is alleen te zien in het laterale aanzicht van de hoofdspieren in figuur 8-4. Er zijn twee platysma spieren, een aan elke kant van de nek. Elk is een breed vel van een spier die het grootste deel van de voorste hals aan die kant van het lichaam bedekt. De andere voorste halsspieren liggen eronder, en bij de meeste modellen zijn de platysmaspieren weggesneden om de dieper liggende spieren te tonen. De platysma spieren helpen de onderkaak (onderkaak) naar beneden te trekken

Onder de platysma bevinden zich twee sternocleidomastoide spieren. Een aan elke kant van de nek. Deze spieren hebben twee oorsprongen, een op het borstbeen en de andere op het sleutelbeen. Zij sluiten aan op het processus mastoideus van het slaapbeen. Zij kunnen het hoofd buigen of strekken, of het naar de schouders draaien.

De musculus epicranius is ook zeer breed en bedekt het grootste deel van de bovenkant van het hoofd. De musculus epicranius omvat een middengedeelte dat geheel uit aponeurosis bestaat. Het eigenlijke spierweefsel is alleen te vinden boven het voorhoofd (het deel van de spier dat de epicranius frontalis wordt genoemd; soms de frontale buik van de epicranius genoemd) en het achterhoofd (het deel van de spier dat de epicranius occipitalis wordt genoemd; soms de occipitale buik van de epicranius genoemd).

De buccinatorspieren, een aan elke kant van het gezicht, drukken de wangen samen wanneer ze worden samengetrokken. De naam is afgeleid van het Latijn voor trompet, waarbij lucht uit de wangen moet worden geblazen om te kunnen spelen, en weerspiegelt ook het anatomische bijvoeglijk naamwoord voor de wang, buccaal.

De twee kauwspieren bevinden zich ook aan elke kant van het gezicht. Ze sluiten de kaak wanneer ze worden samengetrokken. Its name is derived from the same Greek root as mastication, which means to chew.

The zygomaticus major muscles and the zygomaticus minor muscles are found on each side of the face both have their origins on the zygomatic bone. They both can change the shape of the mouth by elevating it.

Figure 8-4. The muscles of the head.

lab 8 Exercises 8.2

1. The following are muscles of facial expression. For each, give its location and describe its action when it contracts.

Muscle Location Action when contracted
Epicranius frontalis
Epicranius occipitalis
Orbicularis oculi
Zygomaticus major
Zygomaticus minor
Buccinator
Orbicularis oris
Nasalis

2. The following are muscles of mastication. For each, give its location and describe its action when it contracts.

Muscle Location Action when contracted
Masseter
Temporalis
Platysma