Koningsboeken

Koningsboeken, twee boeken van de Hebreeuwse Bijbel of het Protestantse Oude Testament die, samen met Deuteronomium, Jozua, Rechters, en 1 en 2 Samuël, behoren tot de groep van historische boeken (Deuteronomische geschiedenis) geschreven tijdens de Babylonische Ballingschap (ca. 550 v. Chr.) van de Joden. (In de meeste rooms-katholieke versies worden 1 en 2 Samuël het eerste en tweede boek Koningen genoemd, en de twee Hebreeuwse en protestantse boeken Koningen worden het derde en vierde boek Koningen genoemd.)

Gutenberg Bijbel
Lees meer over dit onderwerp
Bijbelse literatuur: Koningen: achtergrond en Salomo’s regering
Het vierde boek van de Vroegere Profeten (I en II Koningen in de Septuagint) vervolgt de geschiedenis van het volk Israël vanaf de dood van David,…

De twee boeken Koningen vertellen de lotgevallen van de monarchie in Israël na de dood van koning David. Veel oude tradities zijn in de boeken bewaard gebleven, maar ze zijn door de geschiedschrijver opnieuw bewerkt. De eerste twee hoofdstukken van 1 Koningen voltooien het verhaal van David, begonnen in de voorgaande boeken van Samuël, en vertellen over de troonsbestijging van zijn zoon Salomo. De regering van Salomo wordt behandeld in 1 Koningen 3-11, gevolgd door de regeerperiodes van koningen van Juda en Israël vanaf het begin van de verdeelde monarchie (ca. 930 v. Chr.) tot de val van het koninkrijk Israël in 721 v. Chr. Het tweede boek, 2 Koningen, verhaalt over de koningen van het overlevende zuidelijke koninkrijk Juda tot de uiteindelijke ineenstorting daarvan in 586 v. Chr.

In beide boeken worden de prestaties van elke koning niet beoordeeld op politieke prestaties maar op theologische criteria. Alle koningen van het noordelijke koninkrijk worden dus in een kwaad daglicht gesteld omdat zij de exclusieve legitimiteit van de cultus in Jeruzalem niet erkenden. Door het bezoeken van de noordelijke centra van aanbidding, opgericht door Jeroboam I, werden zij allen deelgenoot gemaakt van de zonde van Jeroboam. Van de zuidelijke koningen krijgen alleen Hizkia en Josia een onvoorwaardelijke goedkeuring. Door cultische hervormingen in te voeren die voldeden aan de eisen van het verbond zoals vastgelegd in Deuteronomium, verdienden zij de lof van de geschiedschrijver.

De auteur maakt vrijelijk gebruik van traditioneel materiaal om een samenhangend geheel te construeren dat zijn persoonlijke opvattingen weerspiegelt, waarbij hij materiaal uit het noorden en het zuiden met elkaar verweeft om de eenheid van het volk te benadrukken, profetische orakels uitwerkt met zijn eigen woorden, en soms zijn eigen beschouwingen geeft over de loop der gebeurtenissen. De boeken der Koningen zijn dus vooral het werk van een individu. De auteur is er deels op uit het lot van het Israëlitische volk te verklaren. Hoewel hun val direct verband houdt met hun afvalligheid, is de auteur hoopvol dat zijn volk zal worden hersteld in de glorie van de dagen toen David heerste over het gehele Israëlitische volk.

Gebruik een Britannica Premium-abonnement en krijg toegang tot exclusieve inhoud. Abonneer u nu