Nieuw onderzoekspaperMultifocale ventriculaire aritmieën afkomstig van het His-Purkinje systeem: Incidence, Characteristics, and Outcome of Catheter Ablation

Results

Multifocale premature ventriculaire contracties (n = 1) en ventriculair fibrilleren (VF) (n = 5) werden geïdentificeerd in de linker posterior (n = 6), anterieur (n = 4), en septale fascikels (n = 1), evenals de basale linker bundeltak (LBB) (n = 2) en rechter bundeltak (RBB) (n = 2). Bij 2 patiënten met unifocale VA’s en 4 patiënten met multifocale VA’s trad preferentiële geleiding op van een oorsprong binnen de proximale fascikel (n = 4) of LBB (n = 2) naar ≤3 uitvalsplaatsen in de distale fascikels met gesplitste of gefractioneerde Purkinje potentialen en/of geleidingsblok op de plaats van oorsprong. Onder de multifocale VA’s werden 11 fasciculaire VA’s, 1 RBB VA, en 1 LBB VA succesvol geableerd met respectievelijk fasciculair en/of bundeltakblok en compleet atrioventriculair blok (CAVB). In de resterende LBB VA’s en RBB VA’s werd afgezien van RFCA om CAVB te vermijden. Recidief van geabliseerde VA’s of de incidentie van VF verschilden niet tussen de unifocale en multifocale HPS VA’s. Vrijheid van elke HPS VA na RFCA was significant hoger bij de patiënten met unifocale VA’s dan bij de patiënten met multifocale VA’s (92% vs. 33%; p = 0,001).