Nr. 769: De Paper Clip
Nr. 769:
THE PAPER CLIP
Klik hier voor audio van Aflevering 769.
Vandaag een blik op de onvoltooide paperclip. Het College of Engineering van de Universiteit van Houston presenteert deze serie over de machines die onze beschaving laten draaien, en de mensen wier vindingrijkheid ze heeft voortgebracht.
Enkele jaren geleden stuurde ik een essay naar een redacteur. Ik had het toevallig in elkaar gezet met een paperclip die ik uit Joegoslavië had meegenomen. Hij was opgetogen. Hij verzamelde paperclips. Dit was er een die hij nog niet had gezien. Daarna vond ik een andere clip voor alles wat ik hem stuurde. Ik kwam nooit zonder variaties te zitten.
In deze serie hebben we gezien dat de ware moeder van de uitvinding het creatieve plezier is dat ze ons schenkt. De grote verscheidenheid aan paperclips getuigt van het plezier dat ze de uitvinders hebben verschaft. Toch vervulde de paperclip een oude en knagende behoefte.
Tot in deze eeuw bundelden we papieren met lint of touw. Als de bundel klein genoeg was, gebruikten we een rechte speld – zelfs een wasknijper. Ingenieur/historicus Henry Petroski heeft zich over dit probleem gebogen. Hij vindt een heleboel experimenten aan het eind van de 19e eeuw, maar slechts één patent, uit 1887. Het was een zachte metalen klem die je op zijn plaats kon buigen om papier vast te houden.
Nu: pak een moderne paperclip en bestudeer de complexe eenvoud ervan. Het is een wonderlijk staaltje van samengeperst vernuft. De Noor Johan Vaaler wordt meestal de uitvinder van de paperclip genoemd. Noorwegen had geen octrooibureau, dus vroeg hij een Amerikaans octrooi aan voor een set vierkante en driehoekige paperclips.
Dat was in 1901. En misschien was dat het eerste patent op de paperclip. Maar er zit een addertje onder het gras. De volledig geëvolueerde paperclip die we vandaag gebruiken dook twee jaar eerder op in een patent van 1899. Het addertje is, het was geen paperclip patent. In plaats daarvan patenteerde William Middlebrook een machine die paperclips van draad kon maken.
In een hoek van zijn patenttekening staat de clip die zijn machine zou maken. Het heeft de ronde boven- en onderkant die we nu zo goed kennen. Wij noemen dat de Gem paperclip omdat Middlebrook zijn machine uitvond voor de Gem Company, in Engeland.
Toch is de Gem slechts een compromis-oplossing voor een zeer moeilijk probleem. Denk aan de valkuilen die wachten op een nieuwe paperclip. Het moet een klemmende grip hebben. Hij moet niet in de knoop raken met andere paperclips in een doos. Hij moet gemakkelijk aan te brengen en te verwijderen zijn. Hij mag het papier niet scheuren of roestvlekken achterlaten. Hij moet goedkoop en gemakkelijk te maken zijn. Het gebruik ervan moet duidelijk zijn.
Een Gem-clipmaker zei dat hij tien brieven per maand kreeg met suggesties voor verbeteringen. Maar men kon het ene gebied alleen maar verbeteren ten koste van het andere.
Dus blijft de paperclip een verleidelijke oefening in elegantie en raffinement. Er hangt een uitdaging aan vast. Want deze uitvinding is nog niet gedaan. We wachten nog steeds op de perfecte paperclip. And who knows:
Maybe it is YOU who will, finally, give it to us.
I’m John Lienhard, at the University of Houston, where we’re interested in the way inventive minds work.
(Theme music)