PD-1 pathway inhibitors: changing the landscape of cancer immunotherapy

Achtergronden: Immunotherapeutische benaderingen voor de behandeling van kanker zijn in de afgelopen decennia met beperkt succes geëvalueerd. Inzicht in de checkpoint-signaleringsroute waarbij de geprogrammeerde dood-1 (PD-1) receptor en zijn liganden (PD-L1/2) betrokken zijn, heeft de rol van deze benaderingen in tumor-geïnduceerde immuunsuppressie verduidelijkt en is een belangrijke stap voorwaarts geweest in de ontwikkeling van immunotherapeutische geneesmiddelen.

Methoden: Er werd een uitgebreid literatuuronderzoek uitgevoerd om de beschikbare gegevens over checkpointremmers te identificeren, met de nadruk op anti-PD-1 en anti-PD-L1 middelen die in de oncologie worden getest. Er werd gezocht in Medline, PubMed, het ClinicalTrials.gov-register en in samenvattingen van de bijeenkomsten van de American Society of Clinical Oncology tot april 2014. De effectiviteit en veiligheid van de beschikbare anti-PD-1 en anti-PD-L1 geneesmiddelen worden beoordeeld.

Resultaten: Tumoren die PD-L1 tot expressie brengen kunnen vaak agressief zijn en een slechte prognose dragen. De anti-PD-1 en anti-PD-L1 middelen hebben een goed veiligheidsprofiel en hebben geleid tot duurzame responsen in een verscheidenheid van kankers, waaronder melanoom, nierkanker, en longkanker, zelfs na het stoppen van de behandeling. Het toepassingsgebied van deze middelen wordt geëvalueerd in verschillende andere solide tumoren en hematologische maligniteiten, alleen of in combinatie met andere therapieën, waaronder andere checkpointremmers en gerichte therapieën, evenals cytotoxische chemotherapie.

Conclusies: De PD-1/PD-L1-route bij kanker is betrokken bij tumoren die ontsnappen aan immuundestructie en is een veelbelovend therapeutisch doelwit. De ontwikkeling van anti-PD-1 en anti-PD-L1 middelen luidt een nieuw tijdperk in voor de behandeling van kanker met immuuntherapieën. De eerste klinische ervaringen hebben een bemoedigende activiteit van deze middelen bij een verscheidenheid van tumoren aangetoond, en er wordt reikhalzend uitgekeken naar verdere resultaten van voltooide en lopende studies.