Praktijk van consensuele BDSM en relatietevredenheid
ABSTRACT
Seksuele gedragingen en stijlen die afwijken van die van de meerderheidscultuur zijn door de geschiedenis heen gepathologiseerd. Een van die categorieën van seksuele variatie is BDSM (bondage-discipline/dominantie-submission/sadisme-masochisme). Onderzoek naar psychotherapeuten suggereert overtuigingen dat BDSM-beoefenaars geen gezonde relaties in stand kunnen houden. Een groeiende hoeveelheid literatuur beschrijft echter degenen die zich bezighouden met BDSM-activiteiten als sociaal goed aangepaste individuen die niet meer kans hebben op psychische problemen dan de algemene bevolking. Deze studie gebruikte een online enquête die verspreid werd via websites van BDSM-gemeenschappen en mond-tot-mondreclame om relatietevredenheid te meten onder BDSM beoefenaars die in een toegewijde relatie verkeerden. De Revised Dyadic Adjustment Scale (RDAS) werd afgenomen, evenals een aantal demografische en BDSM-deelnamevragen over zowel de deelnemers als hun partners. De bevindingen gaven aan dat de deelnemers niet boven het criterium voor klinisch gestoord scoorden op de RDAS. Bovendien vergeleek de data analyse geslacht en BDSM rollen op RDAS scores. Dit leverde geen statistisch significante resultaten op. Deze resultaten werden beschouwd in de context van de feministische kritiek op BDSM en de familiesysteemtheorie. De huidige studie vult eerder onderzoek aan met onderzoek naar relatietevredenheid, en levert meer bewijs dat degenen die BDSM beoefenen niet significant meer pathologisch zijn dan de bevolking in het algemeen.