US EPA

42 U.S.C. §7401 et seq. (1970)

De Clean Air Act (CAA) is de veelomvattende federale wet die de emissies in de lucht van stationaire en mobiele bronnen reguleert. Deze wet machtigt de EPA onder meer om National Ambient Air Quality Standards (NAAQS) vast te stellen ter bescherming van de volksgezondheid en het openbaar welzijn en om emissies van gevaarlijke luchtverontreinigende stoffen te reguleren.

NAAQS en SIPs

Een van de doelstellingen van de Act was om tegen 1975 in elke staat NAAQS vast te stellen en te bereiken om de risico’s voor de volksgezondheid en het openbaar welzijn als gevolg van bepaalde wijdverspreide luchtverontreinigende stoffen aan te pakken. De vaststelling van deze verontreinigende normen ging gepaard met de opdracht aan de staten om plannen voor de tenuitvoerlegging door de staat (State Implementation Plans, SIP’s) te ontwikkelen, die van toepassing zijn op de desbetreffende industriële bronnen in de staat, teneinde aan deze normen te voldoen. De wet werd in 1977 en 1990 voornamelijk gewijzigd om nieuwe doelstellingen (data) vast te stellen voor het bereiken van de NAAQS, aangezien veel gebieden in het land de termijnen niet hadden gehaald.

Verontreinigingsbronnen

Sectie 112 van de Clean Air Act heeft betrekking op de uitstoot van gevaarlijke luchtverontreinigende stoffen. Vóór 1990 voorzag de CAA in een op risico’s gebaseerd programma in het kader waarvan slechts enkele normen werden ontwikkeld. In de amendementen op de Clean Air Act van 1990 werd sectie 112 zodanig herzien dat eerst op technologie gebaseerde normen moesten worden uitgevaardigd voor grote bronnen en bepaalde gebiedsbronnen. “Grote bronnen” worden gedefinieerd als een stationaire bron of een groep van stationaire bronnen die 10 ton of meer per jaar aan een gevaarlijke luchtverontreinigende stof of 25 ton of meer per jaar aan een combinatie van gevaarlijke luchtverontreinigende stoffen uitstoten of kunnen uitstoten. Een “gebiedsbron” is een stationaire bron die geen grote bron is.

Voor grote bronnen eist sectie 112 dat de EPA emissienormen vaststelt die de maximale reductie van emissies van gevaarlijke luchtverontreinigende stoffen vereisen. Deze emissienormen worden gewoonlijk aangeduid als “maximaal haalbare controletechnologie” of “MACT”-normen. Acht jaar nadat de op technologie gebaseerde MACT-normen voor een broncategorie zijn uitgevaardigd, moet de EPA deze normen opnieuw bezien om te bepalen of er voor die broncategorie nog restrisico’s bestaan en, indien nodig, de normen herzien om dergelijke risico’s aan te pakken.

Naleving en handhaving

  • Handhaving van de luchtverontreiniging
  • Toezicht op de naleving van de Clean Air Act: onderzoeken en inspecties

Geschiedenis van de wet

  • EPA-geschiedenis: Clean Air Act van 1970/1977
  • EPA-geschiedenis: Clean Air Act Amendments of 1990

More Information

The Office of Air and Radiation (OAR) develops national programs, policies, and regulations for controlling air pollution and radiation exposure.

  • Clean Air Act and Air Pollution Overview covers progress under CAA in reducing air pollution, and the roles of state government and other parties in implementation.
  • Air Regulatory Topics
  • Broad index of Air Topics

Under CAA Section 112(r), the Office of Emergency Management (OEM) administers the Risk Management Plan Rule.