Federalist Papers – Essay #78

In Essay #78, The Judiciary Department, breidt Alexander Hamilton zijn argumenten voor grondwettelijke ratificatie uit door in te gaan op het doel en de bevoegdheden van de rechterlijke macht, waaronder benoemingen voor het leven.

Het moet worden opgemerkt dat de Grondwet het Hooggerechtshof niet expliciet de bevoegdheid geeft om een wet die door het Congres is aangenomen en door de president is ondertekend, ongrondwettig te verklaren, d.w.z. rechterlijke toetsing. Die bevoegdheid wordt echter afgeleid uit de structuur, de bepalingen en de geschiedenis van de Grondwet.

De bevoegdheid om een wet ongrondwettig te verklaren is bij precedent vastgesteld in de zaak Marbury vs Madison uit 1803.

Hamilton betoogt dat de rechtbanken de scheidsrechters zijn tussen de wetgevende macht en het volk; de rechtbanken moeten de wetten interpreteren en voorkomen dat de wetgevende macht de haar toegekende bevoegdheden overschrijdt. De rechtbanken moeten niet alleen de Grondwet boven de wetten van het Congres stellen, maar ook de bedoelingen van het volk boven de bedoelingen van zijn vertegenwoordigers.

Hamilton is opnieuw welsprekend in zijn beschrijving van de verhouding tussen de drie regeringssecties:

“Wie aandachtig de verschillende machtsdepartementen beschouwt, moet inzien, dat in een regering waarin zij van elkaar gescheiden zijn, de rechterlijke macht, door de aard van haar functies, altijd het minst gevaarlijk zal zijn voor de politieke rechten van de Grondwet; omdat zij het minst in staat zal zijn deze te kwetsen of te schaden.

• De uitvoerende macht verdeelt niet alleen de eer, maar houdt ook het zwaard van de gemeenschap.
• De wetgever beschikt niet alleen over de portemonnee, maar schrijft ook de regels voor, volgens welke de plichten en rechten van iedere burger moeten worden geregeld.
• De rechterlijke macht daarentegen heeft geen invloed op het zwaard noch op de geldbuidel; zij stuurt noch de kracht noch de rijkdom van de gemeenschap en kan geen enkele actieve beslissing nemen.

Het kan echt worden gezegd dat het noch KRACHT, noch WIL heeft, maar slechts een oordeel; en uiteindelijk afhankelijk is van de hulp van de uitvoerende macht, zelfs voor de doeltreffendheid van zijn vonnissen.”

Er is dank voor de samenvatting en analyse van Essay #78 aan Brittany Nelson en Christopher Higgins (tweede revisie 15/09/2011). Weinbloom, Elizabeth ed. “The Federalist Papers Essay #78 Summary and Analysis”. GradeSaver, 30 december 2011 Web. 19 februari 2019.

U kunt een samenvatting en analyse van Essay #78 lezen door HIER te klikken.

U kunt de hele tekst van Essay #78 lezen door HIER te klikken.