Cacaogeschiedenis

Cacaobonen zijn al honderden jaren een belangrijk onderdeel van Centraal-Amerikaanse culturen, in het bijzonder de Maya-beschaving. De Maya beschaving vereerde de cacaoboom en gaf het de Latijnse naam Cacao, wat “Voedsel van de Goden” betekent. Het werd gebruikt voor vele verschillende doeleinden. De Maya’s creëerden een rituele drank gemaakt van gemalen cacaobonen, vanillebonen en andere kruiden. Het werd gedeeld tijdens verloving en huwelijksceremonies. Het werd ook gebruikt als een vorm van ruilmiddel tussen hun eigen beschavingen en die waarmee zij handel dreven.

Op den duur ontdekten de Spanjaarden de cacaobonen en begonnen ze te begeren voor de handel. Aanvankelijk hielden de Spanjaarden het geheim van de productie voor zichzelf, wat hen de overhand gaf in een monopolie op de chocolademarkt in Europa.

Omstreeks het midden van de 16e eeuw hadden de Spanjaarden niet langer het monopolie op de chocolademarkt. De cacaoboon en al zijn veelzijdigheid werd zeer populair. De rijken van Frankrijk waren er dol op. In de jaren 1700 opende een Fransman de allereerste warme chocoladewinkel in Londen. Niet lang daarna waren er overal in Londen “chocoladehuizen” te vinden.

Tegen de 18e eeuw produceerde elk land, van Engeland tot Oostenrijk, lekkernijen op basis van de cacaoboon. Toen de stoommachine werd uitgevonden, werd ook het malen van de cacaobonen gemechaniseerd. Door dit snellere en gemakkelijkere productieproces daalden de prijzen en werden cacaoboonproducten betaalbaarder voor iedereen – niet alleen voor de rijken.

Dezer dagen consumeren mensen over de hele wereld meer dan 3 miljoen ton cacaobonen per jaar! De bereiding van cacaobonen verschilt nog steeds van plaats tot plaats, maar de variaties zorgen voor allerlei smakelijke traktaties. Cacao is beslist een basisingrediënt geworden in bijna elk recept.